Bij 1 Koningen 3: 16-28
Karel de Grote, Lodewijk de Dappere, Filips de Goede, Salomo de Wijze zou vanochtend zo in het rijtje passen. In deze weken staan we stil bij koning Salomo, een koning wiens naam en koningschap synoniem zij komen te staan met wijsheid. Een reputatie die onder meer gebaseerd is op ons verhaal van vandaag. Dit verhaal, wat in die tijd ook in andere contexten voorkwam, moet Salomo’s wijsheid en rechtvaardigheid onderstrepen. Want zonder getuigen of bewijsstukken moet Salomo hier een oordeel vellen. Maar… met een slimme ingeving doorziet hij wie de ware moeder is en komt hij tot een overtuigend en rechtvaardig oordeel. Zo wordt Salomo hier gepresenteerd als iemand die wijsheid beoefend ten dienste van gerechtigheid. Niet voor niets eindigt de tekst met de woorden: “Toen de Israëlieten hoorden welk vonnis de koning had geveld, kregen ze groot ontzag voor hem, want ze begrepen dat hij het recht handhaafde met goddelijke wijsheid”.
Dit verhaal vormt een illustratie van de wijsheid waar Salomo in zijn droom om vroeg. De droom waar we vorige week over lazen. In die droom vroeg God aan Salomo: “Vraag wat je wilt, ik zal het je geven”. Waarop Salomo antwoorde: “Schenk uw dienaar een opmerkzame geest, zodat ik uw volk kan besturen en onderscheid kan maken tussen goed en kwaad”. Anders vertaald zou je kunnen zeggen dat hij om een luisterend of gehoorzaam hart vroeg. En die keuze was niet vanzelfsprekend. De verleiding om iets anders te vragen was groot. Vlak voor de beschrijving van zijn droom lezen we hoe Salomo de dochter van de Farao trouwde en zo de schoonzoon werd van de koning van Egypte. En als het in de Bijbel over een Farao gaat dan moet je opletten. Farao stond symbool voor alles wat een contrast of bedreiging vormde voor Israël. In de Israëlische herinnering en traditie stond Egypte voor wreedheid, uitbuiting en slavernij. In Egypte ging het om macht en kracht in plaats van om een verbondsrelatie, zoals in het geloof van Israel. Door niet om macht of rijkdom te vragen kiest Salomo hier dus tegen Farao en zijn manier van regeren en houdt hij voor ogen wie hij is als dienaar van God. Want dat gebed om een opmerkzame Geest, of een luisterend hart, gaat er niet simpelweg om dat hij slim of scherpzinnig gemaakt zou worden, maar dat hij afgestemd zou zijn op God’s leiding en bedoelingen.
Het is een keuze waar ieder mens voor wordt gesteld. Kiezen we voor de wijsheid van Farao of de wijsheid van God? Maar hoe ziet dat er uit die wijsheid van God? En hoe onderscheidt zich dat van de wijsheid van Farao? Het is opvallend is dat wanneer Salomo God vraagt om een opmerkzame Geest (een luisterend hart), we vervolgens lezen dat God hem wijsheid en onderscheidingsvermogen schenkt. Die twee lijken dus alles met elkaar te maken te hebben, misschien zelfs synoniem aan elkaar te staan. En dat is ook wat we breder in de Bijbel tegen komen. Wijsheid en onderscheidingsvermogen hebben alles te maken met een hart dat luistert naar God; een hart dat God gehoorzaam is.
Door het Oude Testament heen wordt duidelijk dat de wijsheid en het onderscheidingsvermogen waartoe we als mens geroepen zijn, niet gewoon kennis of inzicht is. Het is eerder een diep besef van het goddelijke mysterie dat onze werkelijkheid drijft; van God die de schepping draagt en daarin aan het werk is. Een besef dat ons aanmoedigt om te ontdekken hoe wij in dat werk betrokken kunnen zijn. Hoe we kunnen bijdragen aan het welzijn van de aarde en de menselijke gemeenschap; het welzijn waar God zo naar verlangt? Wijsheid is zo een manier van leven in harmonie met Gods bedoeling en verlangen voor de wereld. Wijsheid staat niet op zichzelf, maar is altijd in relatie met God en anderen. Daarom raakt ze niet alleen het verstand, maar ook het hart en de ziel. Wijsheid betekent dus je hart te luisteren leggen bij God en opmerkzaam zijn voor Gods trouwe, liefdevolle, vrijgevige en rechtvaardige aanwezigheid in de wereld. En dan kan het niet anders dan dat wijs handelen ook betekent dat we ons hart daardoor laten veranderen. Dat we in ons handelen uiting geven aan Gods liefde en verlangen voor zijn schepping. Ware wijsheid en gehoorzaamheid leiden dus niet tot een uitbuitend, zelfverheerlijkend gebruik van de aarde, maar tot omzien en milde zorg voor de aarde en al haar schepselen. Wijsheid bouwt aan trouwe en rechtvaardige relaties en gemeenschappen.
Dat is ook wat we zien gebeuren in het vonnis van Salomo, waar opmerkzaam wordt geluisterd (naar vrouwen wiens stem vaak niet gehoord werd) en waar gezocht wordt naar recht en relatie. Een vonnis wat ontzag opriep, omdat het volk begreep ‘dat hij het recht handhaafde met goddelijke wijsheid’. Maar het is ook het beeld van wijsheid dat door het Oude Testament heen steeds weer terug komt. Zo laat Jeremia 9 zien dat de wijze mens, ten diepste geroepen is om Gods trouw, liefde en rechtvaardigheid te vieren.
“Dit zegt de HEER” lezen we er, “De wijze moet zich niet beroemen op zijn wijsheid, de sterke niet op zijn kracht, de rijke niet op zijn rijkdom. Wil iemand zich op iets beroemen, laat hij zich erop beroemen dat hij Mij kent en inziet dat Ik, de HEER, dit land liefde schenk, rechtvaardigheid en recht, want daar schep Ik behagen in – spreekt de HEER”.
En in Psalm 112 vinden we een beschrijving van een gezegend mens:
“Goed gaat het wie genadig is en vrijgevig, wie zijn zaken eerlijk behartigt. Gul deelt hij uit aan de armen, zijn rechtvaardigheid houdt stand, voor altijd”.
En Psalm 72, toegeschreven aan Salomo zelf, zingt:
“Geef, o God, uw wetten aan de koning, uw gerechtigheid aan de koningszoon. Moge hij uw volk rechtvaardig besturen, uw arme volk naar recht en wet. Mogen de bergen vrede brengen aan het volk en de heuvels gerechtigheid. Moge hij recht doen aan de zwakken, redding bieden aan de armen, maar de onderdrukker neerslaan”.
Je zou dus kunnen zeggen dat wijsheid / een opmerkzaam hart voor God, niet los kan staan van een opmerkzaam hart voor de aarde en haar mensen. Gods wijsheid is een wijsheid die de gemeenschap dient, die oog heeft voor wie God oog heeft en hoort naar hen wiens roep door God gehoord wordt. Geen slimmigheidje dus of onnavolgbare kennis, maar een dienstbare wijsheid. Wijsheid met een menselijke maat.
Deze wijsheid vormt, volgens Oud Testamenticus Walter Brueggemann, een bescherming tegen een soort wetticisme dat geen ruimte laat voor verbeelding of creativiteit. En het vormt een tegengif tegen ongebreidelde kennis die slechts gefocust is vooruitgang en snelle winst. Wanneer wijsheid het vermogen en de bereidheid is om de werkelijkheid te zien als Gods gulle en breekbare geschenk, dan durft ze ook kritisch te kijken naar het soms bijna vanzelfsprekende proces van vergroting, verbetering, vermeerdering. Dan bepalen niet winst, roem of invloed de beslissingen die we maken, maar het welzijn van onze naaste en deze aarde. Het is de keuze waar we telkens weer voor staan. Welke wijsheid kiezen we? Wie dienen we? Steeds opnieuw moeten we weer de keuze maken ons hart open te stellen en te luisteren. Om te kiezen voor wijsheid met een menselijke maat.
Maar wat betekent dat nou concreet, vandaag de dag? Ik moest denken aan het boek ‘Komt een land bij de dokter’ geschreven door Michelle van Tongerloo. Zij is straatarts in de Pauluskerk, waar ze zorg biedt aan dak- en thuislozen, verslaafden en mensen zonder geldige verblijfspapieren. In haar boek geeft ze schrijnende voorbeelden van de verhalen die ze op haar spreekuur tegenkomt; een dakloze, borstvoedende moeder die niet terechtkan in de opvang of een patiënt die bijna overlijdt aan iets wat binnen een kort consult verholpen had kunnen zijn. Deze verhalen zijn volgens haar een spiegel van een land waarin bestaanszekerheid steeds minder vanzelfsprekend is. Een land waar zorg is een verdienmodel geworden, waar patienten verdwalen in een woud aan instanties en regels en waar en het helpen van mensen steeds ingewikkelder is. Tegen de achtergrond van die werkelijkheid, pleit ze voor professionele nabijbeid. Want een beetje medemenselijkheid kan volgens haar vaak als een enorm verschil maken. Of, zoals de voorbeelden in haar boek laten zien, rust en wat geld kunnen vaak al enorme problemen voorkomen.
Haar verhaal illustreert hoe wijsheid begint met een luisterend hart, met vertrouwen, nabijheid en medemenselijkheid. Dat is ons startpunt als we verlangen naar Gods wijsheid. Dat dat lang niet altijd makkelijk is en soms om een behoorlijke dosis geduld en uithoudingsvermogen vraagt laat van Tongeren wel zien. En die wijsheid van Farao, de wijsheid die roem, macht en geld oplevert, die blijft trekken.
Ook Salomo was er niet immuun voor. Al snel na zijn indrukwekkende optreden en vonnis, lezen we hoe hij zich toch steeds meer inlaat met Farao’s wijsheid en manier van regeren. Een regering die gaat om vermeerdering van macht, geld en eer. Vermeerdering die ten koste gaat van zijn onderdanen. Zo wordt zijn wijsheid een wijsheid die alleen zichzelf dient in plaats van de ander. Blijkbaar is zelfs grootste menselijke wijsheid niet zonder gebrokenheid en beperkingen.
Iets daarvan wordt al duidelijk in het verhaal van vandaag, wanneer Salomo het bevel geeft een zwaard te brengen. Het was misschien de snelste manier om duidelijkheid te krijgen, maar toch vraag je je af of er geen andere manier was. Het toont misschien wel iets van zijn eerste neiging, van een denken waarin geweld of het zwaard een logische oplossing vormen. Iets wat geen mens vreemd is. Dat je denken nog vast kan zitten in oude patronen en schadelijke gedachten of dat we in de keuzes en beslissingen die we maken vaak op zoek zijn naar een quick fix, zonder al te veel gedoe. Maar juist dan hebben we dat luisterende hart nodig. Die opmerkzame Geest die ons stil zet en terugbrengt naar de kern, naar de God die ons voorgaat in liefde, trouw, nabijheid, geduld en gerechtigheid.
Amen.