Kinderverhaal: Goed dat er vrouwen zijn

This content has been archived. It may no longer be relevant

Exodus 2, 1 – 10

De koning van Egypte is gek en gevaarlijk. Iedereen is bang in plaats van blij. Alle pas geboren jongetjes van mensen die anders zijn moeten in de grote rivier worden gegooid. “Maar iedereen is toch anders?,” denkt Mirjam. De koning is niet wijs. Mirjam heeft een broertje. Een mooi klein mensje. Die leg je in zijn bedje. Die gooi je niet in het water. De koning is niet wijs.

Mirjam’s mama is wijs. Ze maakt een kistje waterdicht en maakt er een bedje van. Dan zet ze het kistje op het water tussen het riet. Ze doet wat de koning gezegd heeft, maar dan anders. En nu maar hopen dat het goed zal aflopen met haar kleine baby. “Ik ga op wacht staan,” zegt Mirjam, “Als een soldaat. Maar niet een soldaat van de koning. Ik ben de soldaat van mijn kleine broertje.”

Daar komt de dochter van de gekke koning aan. Ze wil gaan zwemmen in de rivier. Haar hofdames passen op haar spulletjes. Ze vindt het kistje; hoort een kindje huilen. Ze maakt het kistje open. Mirjam ziet aan haar gezicht dat ze niet gek is of gevaarlijk. Ze is anders dan haar vader. Ze hoort bij Mirjam en bij Mirjam’s mama. Ze is een vrouw. Ze is ook een soldaat van haar kleine broertje.

Zij zal voor hem zorgen. Mirjam gaat naar haar toe. Ze zegt: “Het jongetje moet nog aan de borst. Mijn mama wil dat vast wel voor jou doen.” De prinses knikt. “En als het groot genoeg, zal ik voor hem zorgen,” zegt ze. Samen staan ze in het zonnetje. Alsof God lacht en denkt: “Goed dat er vrouwen zijn!”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.