Winterdagje

This content has been archived. It may no longer be relevant

Nog even en het is Pasen!

We zwaaien alsof we elkaar tijden niet hebben gezien. Dat doen we elke dag opnieuw. Tussen de stoep waar ik loop en de stoel waarin hij zit, is enkel een raam. Het zwaaien compenseert ruimschoots het niet weten van elkaars namen. We zijn vertrouwd geworden.

Tot de dag dat de raambekleding naar beneden is. Alleen doorzichtig van binnenuit. Ik zwaai maar weet niet of hij mij wel ziet. De dagen erna loop ik wat verloren langs het raam. Maar nooit zonder te zwaaien. Tot ik op een goede dag mijn gezicht tegen het raam druk en naar binnen tuur. Het huis is leeg. Zo voelt het ook bij mij van binnen. Is hij naar een verpleeghuis? Of is hij overleden? Ik vraag het tussen neus en lippen door aan een vrouw, die ook haar hond uitlaat. Ze ziet eruit alsof ze het zou kunnen weten. ‘O ja, ja die. Nee. Woont hij daar niet meer? Ik zal eens informeren.’

Er valt niets meer te zwaaien als ik langs het huis kom. Tot op een dag de deur open staat. Er komt een man naar buiten die een tafeltje in een busje zet dat op de stoep staat geparkeerd. ‘Mag ik u wat vragen? De man die hier woonde, waar is hij heen gegaan?’ Hij draait zich om en kijkt me aan. ‘Hij kan het je zelf vertellen. Hij staat in de gang.’ Ik kijk de donkere gang in. Met lichte kriebels in mijn buik. Daar is hij. Hij zwaait en komt naar buiten. ‘Ik ben verhuisd. Ik woon nu aan de Nachtegaalstraat en kijk zo maar het park in.’ Hij zegt het met een lach op zijn gezicht. Ik lach terug en prent het nummer in mijn hoofd. Voortaan gaan mijn hond en ik door de Nachtegaalstraat. Ik zwaai en volg zijn blik het park in. Het wordt lente. Er fluit een merel in het groen. Minstens zo mooi als de nachtegaal. Nog even en het is Pasen. De naam van de man weet ik trouwens nog steeds niet.

Winterdagje is de opvolger van Herfstdagje. Miniatuurtjes om de lezer een hart onder de riem te steken in Corona tijd. Twee keer in de week: op dinsdag en op vrijdag. Naast de inmiddels vertrouwde schrijvers: Tirtsa Liefting, Matty Metzlar, Tim Smid en Evert Jan Veldman, zijn vier gastcolumnisten gevraagd: Alexandra Matz, Erwin Landman, Marieke Laauwen en Arjen Zijderveld.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.